Het feit dat men insolvabel is, dat wil zeggen dat men niets heeft om aan de schuldeisers aan te bieden, is in principe niet tegenstrijdig met het indienen van een verzoek tot collectieve schuldenregeling. Het ontbreken van vrij beschikbare middelen vormt namelijk geen obstakel voor de toelaatbaarheid van het verzoek. Het kan echter wel een grote hinderpaal zijn voor de opstelling van een plan.
1. Welke vragen moet men zich stellen alvorens een verzoek tot collectieve schuldenregeling in te dienen?
1.1 Wanneer is het zinvol een procedure tot collectieve schuldenregeling in te leiden?
Wanneer de schuldoverlast te groot is om in alle sereniteit een minnelijke schikking te kunnen overwegen (de afbetalingsplannen die kunnen worden voorgesteld lopen te lang, de bedragen van de terugbetalingen zijn te laag, de schuldeisers weigeren, de druk is te groot) en wanneer de verzoeker aan de toelaatbaarheidsvereisten voldoet.
1.2 Wanneer is het zinvol een procedure tot collectieve schuldenregeling in te leiden voor insolvabele personen (personen die geen middelen ter beschikking hebben om hun schuldeisers terug te betalen)?
- Bij gebrek aan beschikbare middelen om de schuldeisers terug te betalen, moet de verzoeker minstens een budget in evenwicht hebben.
Wanneer hij met zijn financiële middelen niet in zijn basisbehoeften kan voorzien (budget niet in evenwicht), stelt de verzoeker zich namelijk voortdurend bloot aan nieuwe schulden en uiteindelijk aan de herroeping van zijn collectieve schuldenregeling.
- Wanneer de verzoeker volledig en onherroepelijk insolvabel is (gevorderde leeftijd, zwakke gezondheid, blijvende invaliditeit, enz.).
In die gevallen waarin er geen kans meer is op een verbetering van de financiële situatie, kan men er redelijkerwijs van uitgaan dat de verzoeker moet kunnen genieten van een plan met volledige kwijtschelding van de schulden zonder begeleidende maatregel.
- In de andere gevallen, moet de verzoeker, ook al is hij insolvabel, bewijs aanreiken van de inspanning die hij tijdens de duur van de collectieve schuldenregeling zal leveren om de schuldeisers te betalen.
Daarom legt de gerechtelijke bemiddelaar of de rechter in de plannen bijna systematisch begeleidende maatregelen op aan de verzoeker(s): actief op zoek gaan naar werk, een opleiding volgen, in budgetbeheer gaan, een bewind over de goederen,…
De schulden worden enkel kwijtgescholden als de verzoeker kan aantonen dat hij deze voorwaarden heeft nageleefd. Als de verzoeker niet bereid is zich te schikken naar de voorwaarden, is de procedure gedoemd te mislukken.
2. Voorwaarden voor een geslaagde procedure in alle situaties
Naast de toelaatbaarheidsvereisten, moet de schuldbemiddelaar ook andere elementen in overweging nemen alvorens een schuldenaar aan te raden een procedure tot collectieve schuldenregeling in te leiden:
2.1 Is de schuldenaar in staat mee te werken aan de procedure?
Voor instabiele personen, personen met een chaotische familiale situatie, personen die aan een verslaving lijden (alcoholisme, drugsverslaving, bipolaire stoornis, gokverslaving), is het ontzettend moeilijk om zich te schikken naar de vereisten van de collectieve schuldenregeling en geen nieuwe schulden aan te gaan. Bij hen bestaat dus het risico dat de collectieve schuldenregeling wordt herroepen.
Er kan alsnog worden overwogen een verzoek in te dienen wanneer er sprake is van een verslaving, als de verzoeker goed begeleid wordt (openen van een beheersrekening, psychologische begeleiding) en in het budget eventueel rekening gehouden wordt met de verslaving (bijvoorbeeld: alcohol).
2.2 Is de schuldenaar in staat dagelijks zijn budget te beheren en geen nieuwe schulden aan te gaan?
Voor alle zwakbegaafde personen of personen die lijden aan een verslaving of een zware depressie waarbij ze niet in staat zijn de confrontatie met de werkelijkheid aan te gaan, niet voor zichzelf kunnen zorgen of niet op langere termijn kunnen denken, moet een collectieve schuldenregeling slechts met grote omzichtigheid worden overwogen.
In sommige gevallen is het mogelijk om, naast de procedure tot collectieve schuldenregeling, een beheersrekening te openen of de aanstelling van een voorlopige bewindvoerder te overwegen.
2.3 Is het budget van de schuldenaar in evenwicht?
Wanneer de verzoeker met zijn financiële middelen niet kan voorzien in zijn basisbehoeften (budget niet in evenwicht), stelt hij zich voortdurend bloot aan nieuwe schulden en uiteindelijk aan de herroeping van zijn collectieve schuldenregeling.
2.4 Weet de schuldenaar waartoe hij zich verbindt?
Er moet over worden gewaakt dat de verzoeker wel degelijk duidelijke en exacte informatie heeft gekregen over de procedure en dat hij begrijpt wat de rol van de gerechtelijk bemiddelaar is, welke de verplichtingen zijn waaraan hij wordt onderworpen, welke de voorwaarden zijn voor de kwijtschelding van zijn schulden, welke de gevolgen zijn indien hij opnieuw over een groter budget zou beschikken,… (bijvoorbeeld: via infosessies over de collectieve schuldenregeling)
3. Richtlijnen
- De leefbaarheid van het budget nagaan.
- Nagaan of de verzoeker wel degelijk geniet van de sociale rechten, financiële en maatschappelijke bijstand, belastingsregelingen waarop hij recht heeft: kinderbijslag, leefloon, bedrag van de werkloosheidsuitkering, mutualiteit, invaliditeitsuitkeringen, belastingkrediet,… en nagaan welke mogelijkheden er bestaan om de financiële middelen te vergroten, voornamelijk via werk: informatie over PWA-arbeidsovereenkomsten, dienstencheques,…
- De persoon en zijn psychosociale situatie leren kennen alvorens een collectieve schuldenregeling op te starten.
- De tijd nemen om de verzoeker(s) te informeren en opnieuw te informeren. De collectieve infosessies die wij organiseren zijn een bijkomend middelen om zeker te stellen dat de verzoeker de informatie die u hem hebt gegeven goed begrepen heeft en weet waar hij aan begint.
- De rechter en de gerechtelijke bemiddelaar op de hoogte brengen van de indiening van het verzoek: het maatschappelijk verslag dat bij het verzoekschrift wordt gevoegd kan de verzoekers helpen doordat het, met hun toestemming, de aandacht kan vestigen op elementen van hun sociale situatie die anders niet merkbaar zijn.
- De persoon opvolgen na het indienen van het verzoek.
- De persoon vergezellen naar zijn eerste gesprek met de gerechtelijke bemiddelaar zodat u deze ook kunt ontmoeten