Steunpunt voor de Diensten Schuldbemiddeling van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Info & Tools

Voorbeeld van een goede praktijk : Onderhandelen van een consumentenkrediet (JUNI 2022)

Elke schuldeiser heeft zijn eigen incassoprocedures en onderhandelingsgewoonten, die erg persoonlijk kunnen zijn. De diensten schuldbemiddeling zijn soms genoodzaakt om allerlei trucs te gebruiken in hun onderhandelingen om de kwijtschelding van bepaalde kosten te bekomen of gunstiger betalingsvoorwaarden voor hun cliënt.

Daarom zijn wij op 24/02/2022 met meer dan dertig schuldbemiddelaars (virtueel) samengekomen om GOEDE PRAKTIJKEN uit te wisselen inzake schuldbemiddeling. en matière de médiation de dettes, en meer in het bijzonder rond het thema van het onderhandelen van een consumentenkrediet.

De feiten :

In 2011 werd de dienst schuldbemiddeling geraadpleegd door een cliënt die voor € 51.500 aan kredietschulden (6 verschillende kredieten) had opgebouwd. De man ontving € 1.000 per maand van het ziekenfonds, zijn vrij beschikbaar inkomen bedroeg € 200,00 en de maandelijkse afbetalingen voor de verschillende kredieten liepen op tot € 1.500,00. Hij wilde niet weten van een CSR.

De onderhandeling :

De dienst voor schuldbemiddeling begon met het onderzoeken van de kredietovereenkomsten en stelde vast dat alle kredieten waren toegekend op een ogenblik dat de man reeds een vervangingsinkomen ontving van het ziekenfonds. Bovendien werd bij de berekening van zijn solvabiliteit rekening gehouden met de kinderbijslag. Daarop schreef de dienst alle schuldeisers aan, stellende dat zij hun adviesplicht niet waren nagekomen. In de brief stelde zij een afbetalingsplan voor op basis van het vrij besteedbaar inkomen van € 200,00, te verdelen onder de schuldeisers, maar over een periode van slechts 5 jaar, hetgeen betekende dat slechts 35% van het kapitaal zou worden terugbetaald. Een van schuldeisers ging hiermee akkoord (en verlaagde het gevorderde bedrag van € 6.415,00 naar € 1.680,00).

De andere schuldeisers gingen daarop over tot overdracht waartegen de dienst bezwaar aantekende, behalve tegen die betreffende de belastingteruggave, waarvoor een dagvaarding door een deurwaarder en een beroep op de rechter nodig zijn.

In 2018 ontdekte de bemiddelaarster dat een van de schuldeisers nooit een kopie van de oorspronkelijke overeenkomst had gestuurd. Op grond hiervan schreef zij hem aan om mee te delen dat de betalingen zouden worden stopgezet. De schuldeiser stemde ermee in om het dossier af te sluiten en de gegevens van de cliënt uit de Centrale voor Kredieten aan Particulieren te laten schrappen.

In 2021 stelde de bemiddelaarster vast dat de hoofdsom in het grootste dossier was betaald, voornamelijk omdat de schuldeiser had kunnen profiteren van de effecten van de overdracht op de belastingteruggave. Zij schreef hem derhalve aan om hem te herinneren aan de schending van zijn adviesplicht. In dezelfde brief deelde zij de schuldeiser mee dat de betalingen zouden worden gestaakt en verzocht zij hem de lopende overdracht op te heffen. Er waren meerdere brieven nodig, maar de schuldeiser stemde er uiteindelijk mee in om het dossier af te sluiten.

Zodra de hoofdsom van de overige resterende schulden was terugbetaald, stopte de man de afbetalingen en nam de bemiddelaarster contact op met de schuldeisers om te vragen dat de rente zou worden kwijtgescholden wegens niet-nakoming van de adviesplicht. De onderhandelingen hebben nog geen resultaat opgeleverd, maar de schuldeisers hebben niet gevraagd dat het verzet tegen de loonoverdracht zou worden opgeheven. Alleen de overdracht van de belastingteruggave is nog van kracht.

Het resultaat :

Dankzij de eerste schuldeiser die ermee instemde om zijn schuldvordering terug te brengen tot 35% van het kapitaal, verkreeg de bemiddelaarster een eerste schuldkwijtschelding van € 4.750,00. Dankzij de onderhandeling over de kwijtschelding van de interesten door de schuldeiser die niet over een kopie van de overeenkomst beschikte, werd in 2018 voor € 2.000,00 aan interesten kwijtgescholden. De onderhandeling over de kwijtschelding van de interesten door de schuldeiser die zijn hoofdsom reeds volledig had ontvangen, leverde in 2021 zelfs de kwijtschelding van liefst € 20.000,00 aan interesten op. Dit alles heeft veel meer werk gekost dan een CSR, maar het stelde de schuldenaar wel in staat gedurende vele jaren in een financieel stabiele situatie te leven terwijl hij tegelijkertijd zijn schulden kon blijven afbetalen.

Conclusie :

Voor kredietschulden geldt een veel strengere regeling dan voor andere schulden en een schuldeiser zal wel twee keer nadenken voordat hij naar de rechter stapt. De minste verzaking aan een van zijn verplichtingen kan er immers al voor zorgen dat hij gedwongen wordt om af te zien van de invordering van zijn kosten. Indien blijkt dat de cliënt weinig solvabel was op het ogenblik dat het krediet werd afgesloten, kan vaak worden verwezen naar de adviesplicht van de kredietgever.

Nuttige documenten :

Brief verzonden om een schending van de adviesplicht in te roepen. (alleen in het Frans)

Courrier envoyé pour invoquer un manquement au devoir de conseil

Brief die na de betaling van de hoofdsom werd verzonden om de schuldeiser te vragen de interesten kwijt te schelden. (alleen in het Frans)

Courrier envoyé après paiement du solde

Om terug te keren naar het verslag van de Ronde Tafel van 24/02/2022, klik HIER.

Agenda

  • Event Steunpunt
  • Event partner
  • Opleiding

Nieuwsbrief